Dragen van pasgeborenen

Ook pasgeboren en kleine baby’s kun je dragen!
De meest aangewezen methode is in een knoopdoek, omdat deze perfect aansluit bij het lichaam van ouder en kind. Met een ringsling, een doek met ringen in plaats van een knoop, is dit ook te bereiken.
Daarna komen dragers die je niet hoeft te knopen maar wel aardig aansluitend op maat van het kind kunt maken.
Een ander alternatief zijn dragers die naar confectiemaat van de ouder worden aangeschaft.
Incidenteel kun je gebruik maken van dragers met een vaste babyinzet die een beetje verkleind kan worden.
Een losse babyinzet die je in de drager moet zetten is vaak lastig aansluitend in te stellen. (Deze laten we daarom verder buiten beschouwing.)
Knoopdoek, ringsling en de Storchenwiege Carrier kun je al vanaf dag 1 gebruiken. Ze zijn allemaal te koop in de DraagKrachtig shop

Knoopdoeken
 Er zijn twee soorten knoopdoeken: rekkend en geweven.
De rekkende knoopdoek is gemaakt van tricot. Hij volgt het lichaam van ouder en kind perfect doordat je hem aanspant en is erg knus. Je kunt hem vanaf dag 1 gebruiken, met je kindje rechtop zittend en de beentjes buiten de doek. Het hoofdje moet goed ondersteund zijn. Je draagt het kind nooit met het gezicht naar buiten! De rug krijgt anders niet de goede steun en het kind krijgt meer te verwerken dan het aankan. Een baby moet lekker tegen je aan kunnen liggen en zelfs slapen.

In de zomer is de rekkende doek behoorlijk warm. Hij is alleen geschikt voor op de buik dragen, en na 3 á 4 maanden is het kind eigenlijk te zwaar voor de doek. De doek zakt dan een beetje door en trekt aan de schouders van de ouder. Op dat moment kan het kind meestal zelf het hoofd omhoog houden en kan er behalve op een geweven knoopdoek ook overgegaan worden op een ergonomische drager of mei-tai.

De geweven knoopdoek is gemaakt van katoen, soms gemengd met een andere natuurlijke stof. Hij volgt het lichaam van ouder en kind perfect doordat je hem eromheen aanspant en is heel ondersteunend. Je kunt hem vanaf dag 1 gebruiken, met je kindje rechtop zittend en de beentjes buiten de doek. Het hoofdje moet goed ondersteund zijn. Ook hier geldt: je kind nooit met het gezicht van je af dragen.

Een geweven doek is koeler dan een tricot doek. Er zijn veel verschillende diktes en wevingen, en er worden soms materialen als linnen en hennep gebruikt voor extra sterkte en goede temperatuurs isolatie. Met een doek kun je dragen op de buik, heup of rug. Geweven doeken gaan (afhankelijk van dikte en materiaal) mee tot kinderen 4 á 5 jaar oud zijn . Als het kind zelf het hoofd omhoog kan houden ga je meestal over van op de buik dragen naar op de heup dragen of op de rug dragen.


De ringsling
Een ringsling is eigenlijk een korte geweven doek die je sluit door hem door twee ringen te vlechten. De eigenschappen van de ringsling zijn zoals die van een geweven doek. Je kunt de ringsling mooi strak trekken.

De ringsling loopt diagonaal over het bovenlichaam. Er wordt dus over een schouder gedragen, asymmetrisch. Deze drager kan al vanaf dag 1 gebruikt worden. Bij goede positionering komen de ringen absoluut niet tegen het hoofdje van de baby.
Met een ringsling draag je op de buik of op de heup.


Aansluitend te maken dragers
Bij dit type drager is er meestal sprake van een met klittenband of klikgesp te bevestigen buikband. De schouderbanden knoop je of zet je vast met klittenband. Het stuk dat tussen de beentjes van het kind komt is op maat in te stellen. Dat maakt deze dragers zo goed te gebruiken voor kleine baby’s . Bij sommige dragers is ook nog eens de lengte van het rugpand in te stellen.

De meeste van deze dragers kunnen gebruikt worden vanaf dat de baby maat 62 heeft. De Storchenwiege Carrier is de enige die zo klein is af te stellen dat hij vanaf maat 50 al gebruikt zou kunnen worden. De Bondolino is er in verschillende snits en extra luchtige uitvoering. Deze dragers gaan mee totdat het kind een jaar of drie is, en kunnen ook op de rug gebruikt worden. De houding van het kind is net zoals in de knoopdoek.
Let op: er zijn ook aanpasbare dragers waarbij de beentjes niet de juiste hoek kunnen maken, maar waarbij ze min of meer naar voren steken uit de drager. Die dragers kun je beter mijden voor gebruik met baby’s.


Dragers naar confectiemaat van de ouder
Loopix Hierbij zijn er verschillende types. Deze dragers knoop je niet. Ze halen hun stevigheid en aansluitbaarheid uit de mate waarin ze passen bij de ouder. Er wordt gewerkt met confectiematen.

Er is een rekkende drager die een kruisende brede banden en een vast niet rekbaar achterstuk heeft, de Loopix. Ook zijn er dragers bestaande uit twee losse tricot kokers en al dan niet een losse buikband.
Een andere variant is de buidelsling. Dit is een koker van geweven stof die diagonaal over het bovenlichaam gaat. Er wordt dus over een schouder gedragen, asymmetrisch. Door de doek op de schouder om te slaan krijgt hij stevigheid en spanning.  Deze dragers zijn alleen geschikt voor op de buik dragen, en na 3 á 4 maanden is tijd om op wat anders over te stappen.

Er is ook een ergonomische drager die niet rekbaar is en met klittenband werkt, de Marsupi. Deze kan langer mee, totdat het kind twee jaar is en je kunt er ook mee op de rug dragen, al vereist dat wel even oefenen.

Het is bij dit soort dragers echt heel belangrijk om de maatvoering die de fabrikant aangeeft te volgen. Anders zit het kind te los of te strak in de drager. Dat betekent dus ook dat ouders die erg verschillen in postuur niet met dezelfde maat drager kunnen dragen.


Ergonomische dragers met een babyinzet
Liliputi Rainbow Bij ergonomische dragers met een babyinzet zit er een soort ‘zakje’ hoog tegen het pand van de drager. In dat zakje zet je je baby. Het zakje is bij te stellen, maar niet zo mooi als bij een drager die op maat te maken is. Bij dit soort drager is de overgang van babyinzet naar gewone drager niet altijd een vloeiende. Soms is de baby al te groot voor de inzet maar nog te klein voor het gewone gebruik van de drager.
Dit soort dragers zijn fijn als de ene ouder met een knoopdoek wil dragen en de andere liever met een drager.

Prematuren dragen
Prematuur geboren baby’s kunnen ook gedragen worden. Aangewezen draagmiddel hiervoor is een niet te dikke geweven draagdoek, maar ook een ringsling zou een optie kunnen zijn. Een voorgevormde drager is niet geschikt. Omdat er nogal wat haken en ogen zitten aan het dragen van een prematuur geborene is een consult eigenlijk onmisbaar.

Zie ook 

2 gedachten over “Dragen van pasgeborenen

  • Yvonne
    11 maart 2015 om 20:45

    In mijn werk als kraamverzorgster wordt ik regelmatig bevraagd over het gebruik van draagdoeken.
    Het valt mij op dat alle merken beweren vanaf de geboorte te zijn gebruiken en ik zie ook op jullie website dat dit rechtop is. Dit verbaast mij omdat het heel slecht is voor de onderste rugwervels indien een pasgeborene voor langere tijd verticaal gehouden wordt. Graag jullie reactie.
    mvg
    Yvonne

  • Jessica
    14 maart 2015 om 12:34

    Fijn dat je zoekt naar informatie.
    Er is een verschil tussen zelfstandig zitten en ondersteund gepositioneerd zijn. In een draagdoek die ergonomisch goed geknoopt is, is het kind ondersteund gepositioneerd. De bovenbenen en heupen worden ondersteund, de ronding van het rugje wordt gevolgd en ondersteund, het nekje wordt ondersteund. Er is geen sprake van enige rek of druk op de rugwervels. Het lichaam krijgt de tijd om zelf in het jaar na de geboorte de ruggegraat gelijdelijk aan te rechten.

    De baby heeft in de baarmoeder een postie waarin de ruggegraat gekromd is om goed te passen. Binnen een jaar na de geboorte strekt de ruggegraat zich gelijdelijk aan.
    C kromming rugje baby in baarmoeder

Geef een antwoord

Je e-mailadres zal niet worden gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *.

*
*
Je mag gebruik maken van deze <abbr title="HyperText Markup Language">HTML</abbr> tags en attributen: <a href="" title=""> <abbr title=""> <acronym title=""> <b> <blockquote cite=""> <cite> <code> <del datetime=""> <em> <i> <q cite=""> <s> <strike> <strong>

Have no product in the cart!